C.
S. Lewis: biografie in jaartallen (1898-1963)
Dit is een uitgebreide versie van de
jaartallenlijst in het promotieboekje C. S. Lewis 100 jaar (1998).
Boektitels in vette gele letter zijn in het Nederlands vertaald.
1898
Op
29 november wordt in Belfast Clive Staples Lewis geboren als tweede en laatste
kind van de advocaat Albert Lewis en de domineesdochter Florence Hamilton, die
op de universiteit blijk gegeven had van een grote aanleg voor wiskunde. Hun
huis is vol boeken en zij lezen veel. De oudste zoon, Warren Hamilton Lewis
(‘Warnie’) was geboren in juni 1895.
1903
Clive
laat weten dat hij ‘Jacksie’ genoemd wil worden, en krijgt zijn zin; later
wordt het ‘Jack’ en dat blijft het. In de zomer is hij meestal een maand met
zijn broer en zijn moeder aan zee; zijn vader blijft thuis om te werken. Tot
ongeveer hun tiende jaar krijgen de beide jongens onderwijs van hun moeder en van
een gouvernante.
1905
Het
gezin verhuist naar een nieuw, groot huis, ‘Little Lea’, aan de rand van
Belfast.
1908
In
augustus sterft Flora Lewis aan kanker; de volgende maand gaat Jack naar een
Engelse kostschool in Watford, nabij Londen. (In zijn autobiografische boek Surprised
by Joy noemt hij deze school “Belsen”). Het onderwijs is zeer slecht; de
hoofdonderwijzer is buitengewoon wreed en zou later officieel krankzinnig
worden verklaard. Jack begint het christelijk geloof serieus te nemen.
1910
Na
de zomer bezoekt Jack enkele maanden het Campbell College in Belfast.
1911
In
januari gaat hij naar een Engelse Preparatory School, Cherbourg House
(‘Chartres’ in Surprised by Joy) in Malvern, nabij de grens met Wales.
In de loop van deze twee jaar neemt hij afscheid van het christelijk geloof.
Het onderwijs is goed. Thuis schrijft en illustreert hij verhalen over
‘Dierenland’ en ‘Boxen’ (waarvan gedeeltes zijn uitgegeven in Boxen,
1985).
1913
In
september gaat hij naar de Public School in Malvern, het Malvern College
(‘Wyvern’ in Surprised by Joy). Hij heeft het hier slecht naar zijn zin
en wil van school af.
1914
Jack
maakt kennis met Arthur Greeves, die zijn enthousiasme voor Noorse mythologie deelt;
in september gaat hij naar een privé-leraar, Kirkpatrick, in Zuid-Engeland;
zijn broer Warnie is beroepsmilitair en vertrekt in november als officier naar
Frankrijk.
1916
Kirkpatrick,
een gepensioneerde leraar, laat weten dat hij niet eerder een jongen heeft
gekend die op deze leeftijd zoveel las en gelezen had als ‘Clive’. Jack
schrijft ook gedichten, en ontdekt de auteur George Macdonald door het lezen
van Phantastes; hij schrijft veel brieven aan Arthur Greeves (in 1979
gepubliceerd als They Stand Together).
1917
Hij
neemt afscheid van Kirkpatrick en vertrekt naar Oxford (University College).
Wegens wiskundige onbeholpenheid zakt hij voor een toelatingsexamen, maar hij
studeert korte tijd en neemt dan (vrijwillig) dienst in een universitair oefenkorps
van het leger. Daar ontmoet hij Paddy Moore en diens moeder, Janie Moore; in
november gaat hij als tweede luitenant naar het front in Frankrijk.
1918
Tijdens
gevechten bij Arras in april raakt hij gewond; de volgende maand gaat hij naar Engeland
om te herstellen. Hij blijft daar voor de rest van de oorlog. Zijn vader komt
hem niet bezoeken; Jack zoekt en heeft veel contact met Janie Moore (haar zoon
Paddy is gesneuveld). Jack reviseert oude gedichten, schrijft nieuwe, en stelt
een bundel samen.
1919
In
januari keert hij terug naar Oxford; hij ontmoet daar diverse goede vrienden
onder wie zijn exacte leeftijdgenoot Owen Barfield, die de eerstvolgende tien
jaar zijn voornaamste gesprekspartner is over literaire en wijsgerige zaken.
Hij begint de studie klassieke talen, literatuur en filosofie; in maart
verschijnt zijn eerste boek, de dichtbundel Spirits in Bondage.
1920
In
maart slaagt hij cum laude voor het eerste deel van zijn studie. Hij trekt in
bij Janie Moore en haar dochter Maureen, die in Oxford zijn komen wonen.
1921
Lewis
wint de Chancellor’s Prize bij een essay-wedstrijd in Oxford over het
onderwerp ‘Optimisme’.
1922
In
april begint hij met het schrijven van een dagboek en van een episch gedicht, Dymer.
In augustus voltooit hij zijn studie cum laude en in oktober begint hij met een
tweejarige studie Engelse taal- en letterkunde die hij in één jaar wil
voltooien.
1923
In
juli voltooit hij zijn studie Engels cum laude. Zijn kansen op een passende
baan lijken nog steeds gering, maar zijn vader belooft hem nog drie jaar
financieel te steunen. Jack houdt zijn samenlevingsverband met Janie en Maureen
Moore geheim voor zijn vader; zij leven in grote armoede en moeten vaak
verhuizen.
1924
Hij
vindt in Oxford een tijdelijke betrekking (academisch jaar 1924-25) als lector
in de filosofie aan het University College.
1925
In
augustus wordt hij aangenomen als Fellow voor Engelse taal- en
letterkunde aan het Magdalen College in Oxford. De eerstvolgende jaren
correspondeert hij veel met Owen Barfield na diens vertrek uit Oxford.
1926
In
september verschijnt Dymer, dat nauwelijks verkocht wordt; Lewis heeft
zijn eerste ontmoetingen met J. R. R. Tolkien.
1927
In
maart schrijft hij de laatste stukken van het in 1922 begonnen dagboek (in 1991
gepubliceerd als All My Road Before Me). Aan het Magdalen College
wordt hij studiebegeleider van de acht jaar jongere Alan Griffiths. Warnie
vertrekt in het voorjaar als militair naar China.
1928
Lewis
begint met een collegereeks over de Roman de la Rose (later verwerkt in
zijn boek The Allegory of Love).
1929
Zijn
vader blijkt in juli kanker te hebben, en overlijdt in september.
1930
In
de loop van het voorjaar, en min of meer in gelijke opgang met zijn vriend en
oud-student Griffiths, komt Lewis tot geloof in God, zoals beschreven in
hoofdstuk 14 van Surprised by Joy (waar hij abusievelijk het jaar 1929 noemde).
Hij is dan theïst-zonder-meer. Warnie keert terug naar Engeland; het ouderlijk
huis wordt ontruimd; Jack koopt samen met zijn broer en Janie Moore een huis
(‘The Kilns’) in Headington, nabij Oxford.
1931
In
mei wordt Warnie belijdend christen, in september Jack. Warnie gaat in oktober
weer naar China.
1932
Lewis
begint met een collegereeks over ‘Prolegomena van de middeleeuwse poëzie’. Hij
schrijft The Pilgrim’s Regress, dat het volgende jaar verschijnt (maar weinig
verkocht wordt). Warnie keert terug, gaat met vervroegd pensioen en komt in The
Kilns wonen; Jack en hij hebben jaarlijks een gezamenlijke wandelvakantie in
diverse delen van Engeland en Schotland.
1933
De
vriendenkring rond Lewis en Tolkien neemt de naam ‘The Inklings’ aan; Warnie
stelt in deze jaren een familiegeschiedenis samen (de Lewis Papers, in
elf delen, niet gepubliceerd). Alan Griffiths wordt Benedictijner monnik.
1934
George
Sayer gaat in Oxford Engels studeren en krijgt Lewis als docent; zij worden
goede vrienden, en vijftig jaar later schrijft Sayer een biografie van C. S. Lewis.
1936
Lewis
ontmoet Charles Williams; The Allegory of Love (over de middeleeuwse
allegorische liefdespoëzie) verschijnt en wordt alom geprezen.
1937
Lewis ontvangt de Gollancz
Memorial Prize voor The Allegory of Love.
1938
In
september verschijnt zijn science-fictionverhaal Out of the Silent Planet.
1939
Hij
laat twee boeken op zijn vakgebied verschijnen: (1) The Personal Heresy,
een polemiek met E. M. W. Tillyard, en (2) de essaybundel Rehabilitations.
Na het uitbreken van de oorlog in september komen er kinderen uit Londen in The
Kilns logeren; Charles Williams komt in Oxford wonen en wordt een goede vriend.
1940
De
Inklings beginnen met regelmatige, wekelijkse bijeenkomsten; Warnie gaat als
militair naar Frankrijk en keert via Duinkerken terug; in oktober verschijnt The Problem of Pain, het eerste populair-theologische werk van Lewis,
geschreven op verzoek van de uitgever. Hij dient als vrijwilliger bij de Home
Guards.
1941
Lewis
begint met toespraken over het christelijk geloof voor luchtmachtpersoneel en
voor de radio; in The Guardian (een tijdschrift van de anglicaanse kerk)
verschijnt The Screwtape Letters als feuilleton.
1942
In
januari vindt de eerste bijeenkomst plaats van de Oxford University Socratic
Club, een veelal door Lewis geleid forum voor prominente voor- en tegenstanders
van geloof in God. Twee series radiovoordrachten worden in boekvorm
gepubliceerd onder de titel Broadcast Talks (samen met twee
vervolgdeeltjes later bewerkt tot Mere
Christianity); ook verschijnen A Preface to
‘Paradise Lost’ (neerslag van een reeks gastcolleges in Bangor,
Noord-Wales) en The Screwtape Letters in boekvorm.
1943
Er
verschijnen drie boeken van Lewis: Christian Behaviour (een nieuwe
serie radiovoordrachten), The
Abolition of Man (een cultuurkritiek op academisch
niveau) en Perelandra, een nieuw science-fictionverhaal. Lewis krijgt voor
de rest van zijn leven te maken met een aanhoudende stroom brieven van lezers;
zijn broer biedt voortaan bij gelegenheid secretariële hulp.
1944
De
laatste serie radiolezingen verschijnt: Beyond Personality. In The
Guardian begint een nieuwe feuilleton, die in 1946 in boekvorm verschijnt
als The Great Divorce – een
fantasieverhaal over hel-bewoners die een uitstapje naar de hemel maken.
1945
In
mei overlijdt Charles Williams plotseling; in augustus verschijnt That Hideous Strength (het derde en laatste science-fictionboek, geschreven
in 1943).
1946
Lewis
maakt een bloemlezing uit het werk van George Macdonald (George
Macdonald: An Anthology).
Hij ontvangt een eredoctoraat in de theologie van de universiteit van St
Andrews in Schotland (er volgen later nog vier eredoctoraten, waarvan twee in
de letteren).
1947
In
mei verschijnt Miracles, een filosofische verhandeling over de mogelijkheid
en waarschijnlijkheid van wonderen. In september ontvangt Lewis een brief in
het Latijn van een Italiaanse monnik, Giovanni Calabria; er ontstaat een
jarenlange Latijnse correspondentie (Letters: C. S. Lewis – Don Giovanni Calabria).
1948
In
de Socratic Club krijgt Lewis kritiek van de filosoof Elizabeth Anscombe op Miracles.
Hij geeft gedichten van Charles Williams uit onder de titel Arthurian Torso
en begint zijn eerste Narnia-verhaal te schrijven; hij wordt Fellow van de
Royal Society of Literature.
1949
De essay-bundel Transposition and
other addresses verschijnt. De
regelmatige samenkomsten van de Inklings komen ten einde.
1950
Lewis
ontvangt de eerste brieven van Joy Gresham-Davidman; Janie Moore gaat naar een
verzorgingstehuis. The Lion, the Witch and the Wardrobe (het eerste Narnia-verhaal)
verschijnt. In deze jaren gaat Lewis regelmatig voor
wandelvakanties naar George Sayer in Malvern, waar nu ook Maureen Moore woont.
Hij ontvangt ook voor het eerst een brief van Mary Willis Shelburne, met wie
hij tot zijn dood blijft corresponderen (Letters
to an American Lady).
1951
Janie
Moore sterft in januari. Lewis werkt in de nu volgende jaren hard aan de
voltooiing van zijn boek over de zestiende-eeuwse Engelse literatuur; intussen
verschijnt jaarlijks een nieuw deel van de Narnia-reeks (het laatste in 1956). In december wil Winston
Churchill hem onderscheiden als Commander of the Britisch Empire, maar slaat
het aanbod af.
1952
Hij
krijgt een eredoctoraat in de letteren van de Université Laval in Quebec, en
ontmoet voor het eerst Joy Gresham. De radiovoordrachten uit de oorlogsjaren
verschijnen gebundeld onder de titel Mere
Christianity.
1953
In
november komt Joy weer naar Engeland, nu met haar twee zoons; haar man (Bill
Gresham) is gaan samenwonen met een nicht van haar. Er verschijnt een boek van
Warnie Lewis, The Splendid Century, over Frankrijk ten tijde van
Lodewijk XIV.
1954
In
januari begint de correspondentie met de kinderen uit het gezin Kilmer, in de
V.S., die via mevr. Shelburne brieven en tekeningen naar Lewis stuurden; een
deel van deze correspondentie werd later opgenomen in Letters to Children. In
augustus wordt het huwelijk van Joy Davidman ontbonden. In september verschijnt
Lewis’ meest omvangrijke boek, een deel in de serie Oxford History of English
Literature: English Literature in the Sixteenth Century; in november
treedt hij in Cambridge aan als professor in de Engelse Literatuur van Middeleeuwen
en Renaissance met zijn inaugurele rede De
descriptione temporum.
1955
Lewis
wordt lid van The British Academy. Zijn autobiografische bekeringsverhaal Surprised by Joy,
opgedragen aan Dom Bede (=Alan) Griffiths, verschijnt in september.
Griffiths vertrekt naar India, waar hij mettertijd een pionier van
interreligieuze dialoog wordt. Joy Davidman komt met haar twee zoons in
Headington wonen.
1956
In
maart verschijnt het zevende en laatste Narnia-verhaal, The Last Battle (Carnegie-medaille voor beste jeugdboek van het
jaar), en in september de roman Till We Have Faces. In april trouwt Lewis voor de wet (niet in de kerk)
met Joy Davidman om haar een verblijfsvergunning te bezorgen; in oktober
blijkt zij kanker te hebben.
1957
Op
21 maart wordt in het ziekenhuis het huwelijk van Jack en Joy kerkelijk
ingezegend. De priester is een oud-leerling van Lewis en heeft de reputatie van
een gebedsgenezer; hij bidt om genezing voor Joy. Aan het eind van het jaar is
zij grotendeels genezen.
1958
In
juni wordt zij genezen verklaard. Jack en Joy gaan op vakantie in Ierland; hij
zit daarbij voor het eerst in een vliegtuig. In september verschijnt Reflections on the Psalms.
1959
Lewis
zit in de commissie voor herziening van het Psalter van de anglicaanse kerk. In
mei houdt hij een lezing, later bekend geworden als ‘Fern-seed and Elephants’, die zoals de meeste van zijn essays en voordrachten
pas na zijn dood in druk verschijnt. In de zomer herschrijft hij hoofdstuk 3
van Miracles op basis van de kritiek uit 1948. In oktober wordt
bij Joy weer kanker geconstateerd.
1960
In
januari verschijnt The Four Loves,
in februari (in Amerika) een essaybundel getiteld The World’s Last Night. In april maakt hij
met Joy een korte vakantiereis in Griekenland; zij sterft op 13 juli. In
augustus schrijft Lewis de dagboekaantekeningen die het volgende jaar (onder
pseudoniem) verschijnen onder de titel A
Grief Observed. In september verschijnt Studies in
Words.
1961
In
oktober stopt Lewis met werken om gezondheidsredenen; hij heeft een operatie
nodig maar is daar lichamelijk te zwak voor. In diezelfde maand verschijnt An
Experiment in Criticism, een beschouwing over de vraag wat een goed boek
is.
1962
In
april gaat hij weer aan het werk in Cambridge; hij schrijft The Discarded
Image (op basis van de collegereeks ‘Prolegomena’, die hij voor het eerst
in 1932 had gegeven). In Engeland verschijnt They Asked for a Paper, een bundel met academische en
populair-theologische essays.
1963
In
het voorjaar schrijft Lewis Letters
to Malcolm: Chiefly on Prayer.
Hij krijgt in juli een hartaanval en legt zijn professoraat in Cambridge neer.
Walter Hooper, een Amerikaanse lezer, dient hem enkele weken als secretaris en
bereidt zich voor op een permanente aanstelling in die functie. Lewis overlijdt
echter op 22 november.
In
1964 verschijnt een uitgebreide verzameling Poems,
in 1966 en 1969 twee bundels academische essays, en in 1967 de eerste postume
bundel met overige essays, Christian
Reflections.
Warnie Lewis leeft tot 1973, zo ook J. R. R. Tolkien. In 1974 verschijnt de
eerste biografie van Lewis, geschreven door Roger Lancelyn Green (een
kinderboekschrijver) en Walter Hooper. Bede Griffiths leeft tot 1993, Owen
Barfield en Maureen Moore tot 1997, George Sayer tot 2005.